In het landelijk Klimaatakkoord staat beschreven dat iedere regio in Nederland een Regionale Energiestrategie (RES) moet opstellen. Participatie en draagvlak zijn belangrijke thema’s bij de totstandkoming van de RES, zowel in het planproces als bij de realisatie van concrete duurzame energieprojecten zoals zon- en windenergie. Volgens Boudewijn van der Woerd (VVD) zijn Nederlanders voorstander van duurzame energie, maar niet als dergelijke projecten in de achtertuin gerealiseerd worden (Bron: AD). Hoe zorg je als gemeente voor draagvlak bij zon- en windenergieprojecten?
Not in my backyard (NIMBY)
De term NIMBY staat voor ’niet in mijn achtertuin‘. Het duidt op individuen die bepaalde ontwikkelingen toejuichen, maar alleen zolang deze niet in strijd zijn met het eigenbelang en geen hinder opleveren. Zodra er mogelijk overlast kan worden ervaren, roepen deze ontwikkelingen weerstand op bij de groep. Zo wordt er vaak verweer getoond tegen bijvoorbeeld het wijzigen van een bestemmingsplan wanneer de gemeente ruimtelijk plannen voorstelt.
Ook voor zonne- en windenergieprojecten is dit veelal aan de orde van de dag. De lokale kranten en ook het internet staat er vol mee. Dit is overigens niet nieuw; Het NIMBY-effect bij windmolens speelt al sinds jaar en dag. De discussie rondom de realisatie van zonneweides is echter recentelijk actueel geworden. Het lijkt steeds meer tegenstand te veroorzaken onder inwoners. Dit maakt het een gecompliceerd dilemma waar met name lokale overheden mee worstelen.

Regionale Energiestrategie binnen de MRE
De Metropoolregio Eindhoven is één van de regio’s die een RES opstelt. In de concept-RES is aangegeven dat de MRE in 2030 voor 2 TWh aan zonne- en windenergieprojecten realiseert (bron: Metropoolregio Eindhoven). Aan de hand van zoekgebieden geeft de RES planologische mogelijkheden aan voor grootschalige zonne- en windenergieprojecten. Daarbij wordt gekeken wat technisch, ruimtelijk en landschappelijk uitvoerbaar is. Net zoals in het Klimaatakkoord, onderkent de RES het belang van participatie, draagvlak en lokaal eigenaarschap.
Impact op de leefomgeving
De grootschalige opwek van duurzame elektrische energie door middel van windturbines en zonneparken zal een zekere impact op de leefomgeving hebben. Zodra de projecten concreet worden, wordt NIMBY dat ook.
Zo zijn windturbines essentieel in de opwek van duurzame energie, maar maakt de hoorbaarheid en zichtbaarheid van deze turbines het vinden van een geschikte inpassing in het landschap complex. Anderzijds hebben zonneparken minder impact op de fysieke leefomgeving, maar neemt de grote hoeveelheid benodigde grond de mogelijke andere functies zoals landbouw weg. Hoe voorkom je NIMBY en zorg je voor draagvlak voor beide opwekmogelijkheden?

Coöperatief ontwikkelen van duurzame energieprojecten is de sleutel
Het doorvoeren van nieuwe projecten of ontwikkelingen zonder de juiste communicatie bij inwoners leidt tot weerstand. Het aansturen of promoten van lokaal eigenaarschap zorgt er daarentegen voor dat inwoners zich samen organiseren en de leiding nemen vanaf het begin van het traject. De betrokkenheid bij het ontwerp, investering en uitvoering van een initiatief leidt tot een grotere mate van acceptatie en zorgt ervoor dat individuen zo’n ontwikkeling sneller eigen maken.
Eén van de leidende principes voor de uitwerking van de Regionale Energiestrategie (RES) van de MRE is dat de opbrengsten, in duurzame energie en/of geld, van investeringen zoveel mogelijk ten goede dienen te komen aan de gemeenten en haar inwoners en bedrijven.
Lokaal eigenaarschap geeft ook financiële voordelen aan de gemeenschap. Zo zijn de opbrengsten van een windturbine en in mindere mate een zonnepark erg aantrekkelijk en relatief risico vrij. Wanneer het eigendom van windturbines en zonneparken deels uitgaat naar omwonenden, zal er meer reden zijn voor instemming dan wanneer deze niet van hen zijn. Het rendement mag echter niet de overhand hebben. Niet iedere inwoner heeft namelijk de financiële mogelijkheden om bij te dragen aan wind- en zonneparken. Daarvoor in de plaats kan een deel van de opbrengst juist ingezet worden voor lokale maatschappelijke en duurzame initiatieven. Zo profiteert toch de hele gemeenschap van deze parken (bron: Waalre).
Het belang van beleidskaders
Gemeenten spelen een belangrijke rol in het creëren van een gelijk speelveld voor burgers in de markt voor de ontwikkeling van zonne- en windenergieprojecten. Omdat de RES ‘slechts’ planologische mogelijkheden geeft, zijn kaders wenselijk die leidend zijn voor het proces van ruimtelijke inpassing, de betrokkenheid van inwoners daarbij en eigenaarschap van zonne- en windenergieprojecten. Om deze ontwikkelingen te laten slagen is daarom een specifiek gemeentelijk beleidskader nodig. Zo’n beleidskader geeft helderheid aan de spelregels, uitgangspunten en richtlijnen met betrekking tot de plaatsing van wind- en zonneparken en de mate van zeggenschap vanuit inwoners. Op deze manier vergoot je de kans op realisatie van het project: het ontwikkelen van lokale initiatieven die kunnen rekenen op draagvlak, vertrouwen en acceptatie door de gemeenschap.

Hulp nodig?
Het coöperatief ontwikkelen en exploiteren met en door de lokale gemeenschap bij de gemeente vergroot de kans op projectrealisatie en verkleint het risico op NIMBY. Alleen zo is het realiseren van de energietransitie haalbaar en geeft het concrete invulling aan het onderdeel (bewoners)participatie vanuit het Klimaatakkoord en de RES.
Facet heeft ervaring met onder andere het schrijven van beleid, de ondersteuning en begeleiding van interne besluitvormingsprocessen en het opzetten van participatietrajecten met inwoners. Meer weten? Neem dan contact met ons op.