Vormgevers van de toekomst: In gesprek met Thijs Eradus

Nicole Haas Adviseur
30 mei 2024

Facet deelt kennis binnen de expertisegebieden Wereld, Welzijn en Waarde. Dit doen we intern tijdens onze Facet Fridays, maar ook regelmatig met externe experts die binnen dit vakgebied actief zijn. Vandaag zijn we in gesprek met Thijs Eradus, directeur – bestuurder bij Springplank.

Waar zet jij je dagelijks voor in?

Bij Springplank richten we ons op het helpen van dak- en thuislozen door ze weer perspectief te bieden via werk en huisvesting. Onze aanpak is gebaseerd op het “Eerst Werk”-principe: we helpen mensen eerst aan een baan voordat we hen huisvesting bieden. Werk zorgt namelijk voor een inkomen, maar ook voor zelfvertrouwen, zelfredzaamheid en een vast dagritme. Onze werkwijze is gebaseerd op een sociaal investeringsmodel. We bieden kandidaten een woning en een proefplaatsing via ons uitgebreide werkgeversnetwerk. Dit netwerk biedt jaarlijks zo’n 300 tot 400 vacatures in verschillende sectoren, zoals horeca, bouw, schoonmaak, industrie en administratie. We zijn een sociale onderneming en doen niet aan winstuitkeringen. Dit wekt vertrouwen bij onze partners en motiveert hen om mee te investeren in onze kandidaten.

Wat zijn voor jou de belangrijkste voorwaarden om hierin succesvol te kunnen zijn?

Sinds de oprichting hebben we al vele mensen geholpen om weer zelfstandig te wonen en werken. Dit doen wij inmiddels in Eindhoven, Den Bosch, Tilburg en Breda. Een uitdaging is dat we voortdurend moeten zorgen voor voldoende betaalbare huisvesting, vooral gezien de groeiende vraag. Ook blijkt dat het opbouwen van een stabiel samenwerkingsverband met woningcorporaties en werkgevers essentieel is voor ons succes. Ons netwerk is wel één van de belangrijkste voorwaarden om succesvol te kunnen zijn. Daarnaast is het DNA van onze organisatie enorm belangrijk, ook om naar buiten toe uit te stralen. We werken inmiddels met ruim 250 mensen binnen Springplank. Onder aan de streep wil ik gewoon het verschil maken in het leven van mensen. Daarbij helpt het ook dat wij onze doelgroep anders benaderen dan gangbaar is: we noemen ze kandidaten in plaats van dak- en thuislozen. En we bieden ze een route in plaats van een traject. Dat klinkt misschien als een semantisch verschil, maar er ligt een hele andere benadering van onze medemens aan ten grondslag. Waarbij mensen zelf voor een groot deel de regie houden op hun leven, in plaats van dat ze afhankelijk worden van allerlei instanties.

Wat zijn in jouw ogen de uitdagingen op de meer lange termijn?

We zien dat de wereld verandert. Toen we 11 jaar geleden startten in Eindhoven, waren er zo’n 150 kandidaten. Waar we destijds iedereen nog bij naam kenden, zien we dat de doelgroep alleen al in Eindhoven is gegroeid naar zo’n 3.000 kandidaten. En dit betreft alleen de doelgroep die we in beeld hebben. Er is ook nog een grote groep mensen die niet tot onze doelgroep behoort, maar die uiteraard wel hulp zou kunnen gebruiken. Daarnaast hebben we te maken met de opvang van vluchtelingen uit Oekraïne en noodopvang van mensen uit Ter Apel. De problematieken zijn per stad ongeveer hetzelfde. Toch zien we dat het in Eindhoven anders wordt georganiseerd. Hier wordt de opvang centraal door ons georganiseerd; in andere steden gebeurt dat nu vaak nog gefragmenteerd. De veranderende wereld vraagt ook een andere kijk op ons werk. Om die reden zou het goed zijn als ons stelsel ook wordt vernieuwd. Wonen, zorg, inkomenszekerheid, bestaansrecht…Eigenlijk raken alle thema’s binnen de brede welvaart stuk voor stuk ons werk.

Waardoor raak jij geïnspireerd?

Haha, dat is wel grappig om te vertellen. Eigenlijk door Adri van der Poel. Ik heb een achtergrond in topsport en om die reden raak ik daardoor geïnspireerd. En in het bijzonder Adri van der Poel die het anders deed dan anderen en vaak tegen de stroom in zwom. Überhaupt kan ik enorm genieten van topsport. Zo ben ik al jarenlang echt fan van Liverpool FC.

 

Waar verbaas jij je wel eens over?

Ik kan me oprecht blijven verbazen over de weerstand vanuit de maatschappij tegen onze doelgroep. Hierdoor blijft de noodzaak bestaan om, naast het helpen van onze doelgroep, ook de verhalen te blijven delen. Dit doen we op heel veel verschillende manieren. Op dit moment hebben we een grote campagne lopen: #stopdestilte. Om awareness en begrip te kweken voor dak- en thuislozen, het stigma te ontwarren en vooroordelen en onwetendheid uit te wissen, laten we zien hoeveel we op elkaar lijken. Dat iemand door een paar verkeerde keuzes, door één ingrijpende gebeurtenis of ziekte, in zo’n situatie terecht kan komen. Dit doen we met campagnematerialen in de stad, maar ook via een website: www.stopdestilte.nl

Heel veel gaat al wél goed. Wat zouden we juist moeten behouden?

Wij zien onszelf als een bruggenbouwer tussen mensen die tijdelijk de weg kwijt zijn en een stabiele toekomst. Door mensen te helpen met werk en huisvesting, kunnen we ze uit een vicieuze cirkel van armoede en dakloosheid halen. Ons doel is om deze mensen weer volwaardig te laten deelnemen aan de maatschappij. We hebben de afgelopen jaren al zoveel mensen kunnen helpen. De verhalen die we horen van mensen die dankbaar zijn dat ze een nieuwe kans hebben gekregen, zijn inspirerend om ons werk verder voor te zetten.

 

Waarin denk je dat we in Nederland zouden kunnen uitblinken?

We zijn als land heel rijk. Als je kijkt naar de mogelijkheden, dan denk ik dat de samenwerkingsvormen in Nederland wel uniek zijn. Anders denken is hierbij wel nodig. Zoals wij bij Springplank denken in de kansen van mensen en die centraal stellen, in plaats van de zorgvraag. Dan hebben wij in Nederland, of in ieder geval bij Springplank, wel iets unieks in handen.

 

Dat sluit helemaal aan bij de slogan van Facet: “De toekomst vorm je samen”. Heb je ook al voorbeelden van wat daarin goed gaat? 

Wat ik als voorbeeld zou willen noemen is de aanpak in Eindhoven. Hier is de samenwerking met woningcorporaties, de gemeente maar ook het bedrijfsleven echt heel erg goed. Ook de participatie vanuit het bedrijfsleven is nu gecentraliseerd via Brainport Voor Elkaar. Op dit soort samenwerkingsvormen mogen we enorm trots zijn. Dit zorgt ervoor dat wij dagelijks ons werk goed kunnen doen.